De politie heeft vorig jaar veel meer reguliere cybercrime-onderzoeken uitgevoerd dan als doel was gesteld. Dat blijkt uit de jaarverslagen van de politie en het ministerie van Justitie en Veiligheid. Het doel was 310 reguliere onderzoeken naar cybercrime. Dat werden er 381. Het gaat hierbij om onderzoeken op regionaal niveau. In 2018 ging het nog om 299 gerealiseerde onderzoeken, terwijl het doel 310 onderzoeken was.
Meer capaciteit voor aanpak cybercrime
Het ministerie van Justitie en Veiligheid spreekt dan ook over een goed resultaat. Daarnaast wordt opgemerkt dat de politie binnen de regionale eenheden nu meer capaciteit heeft voor de aanpak van cybercrime. Op dit moment is er geen sprake meer van onderbezetting van forensisch en digitaal specialisten. "Naast opsporing is ook ingezet is op alternatieve interventies, zoals preventie en verstoring om een zo groot mogelijk maatschappelijk effect te bereiken", aldus de politie.
Fenomeenonderzoeken
Verder werden vorig jaar 21 fenomeenonderzoeken tactisch afgerond en bevinden zich 35 fenomeenonderzoeken in de tactische fase. Het doel was om 41 van dergelijke onderzoeken te hebben afgerond. Fenomeenonderzoeken zijn onderzoeken die zich richten op het bestrijden van cybercriminele fenomenen en dadergroepen die de individuele politie-eenheden overstijgen. Het gaat dan bijvoorbeeld om de brede bestrijding van ransomware en helpdeskfraude. Fenomeenonderzoeken kunnen worden gevolgd door preventiemaatregelen, verstoring van de cybercriminele activiteiten of het waarschuwen van slachtoffers.
Team High Tech Crime
Tevens hadden er vorig jaar twintig "high tech crime" onderzoeken moeten zijn afgerond. Dat werden er negentien. Naast deze negentien onderzoeken heeft het Team High Tech Crime (THTC) van de politie ook bijstand geleverd bij een groot aantal onderzoeken waar er sprake van een "complex cybercomponent" was. Deze onderzoeken zijn echter niet in de uitgevoerde high tech crime-onderzoeken meegeteld. Een ander punt dat de politie noemt is dat de onderzoeken van het THTC steeds complexer worden.
Publiek-private samenwerking
De politie benadrukt ook het belang van publiek-private samenwerking. "Op het web neemt de digitale criminaliteit toe. Hacking is tegenwoordig gemeengoed, zoals voorheen fietsendiefstal. De bestrijding van cybercriminaliteit versterken, verdient daarom alle aandacht. Vaak werkt een publiek-private aanpak aantoonbaar het effectiefst bij het bestrijden van deze criminaliteitsvorm. Daarom investeert de politie in dergelijke publiek-private samenwerking", zo valt in het jaarverslag te lezen.
Bron: Politie, Security
Meer info over ‘cybercriminaliteit’?
Tips of verdachte activiteiten gezien? Meld het hier of anoniem.
Cybercriminaliteit gerelateerde berichten
"De aandacht voor cybersecurity is de afgelopen jaren toegenomen, maar nog niet op het gewenste niveau"
De samenleving digitaliseert in hoog tempo. Dat biedt mogelijkheden voor burgers en bedrijven, maar brengt ook risico’s met zich mee. Daarom is het belangrijk dat het midden- en kleinbedrijf (MKB), en in het bijzonder bedrijven die met gevaarlijke stoffen werken, hun cybersecurity goed op orde heeft. Dat is nog niet overal het geval. Dat schrijft demissionair minister van Justitie en Veiligheid Ferd Grapperhaus in een brief aan de Tweede Kamer.
Waarom wijzen de vingers al snel naar Rusland bij cyberaanvallen, hoe zit dat eigenlijk?
Russische hackers zijn berucht. Met regelmaat worden ze in verband gebracht met grootschalige cyberaanvallen op bedrijven en overheden. Hoe kan dat en in hoeverre heeft het Kremlin daar iets mee te maken?
Cybercriminelen worden steeds slimmer in hun aanvallen en profiteren van malware-as-a-service-tools die beschikbaar zijn op het darkweb
Zscaler, presenteerde gisteren zijn jaarlijkse 'State of Encrypted Attacks-rapport'. Dit rapport volgde en analyseerde meer dan 20 miljard geblokkeerde dreigingen via HTTPS, een protocol dat ontworpen is voor veilige communicatie over netwerken.
Europees cyberagentschap: RDP en phishing de voornaamste aanvalsvector
Ransomware was het afgelopen jaar de grootste cyberdreiging, zo stelt het Europees Agentschap voor cyberbeveiliging (ENISA) in een vandaag verschenen rapport. Phishingmails en bruteforce-aanvallen op RDP (remote desktop protocol)-accounts zijn de voornaamste manieren waarop organisaties met ransomware besmet raken.
'Hidden persistence' de meest gevreesde cyberaanval
Deep Instinct, aanbieder van een op deep learning gebaseerde security-framework, publiceerde vorige week zijn halfjaarlijkse Voice of SecOps Report. Uit dit rapport blijkt dat organisaties gemiddeld 17,2 uur nodig hebben om op een cyberaanval te reageren, oftewel twee werkdagen. Wereldwijd ligt dit gemiddeld nog hoger, namelijk 20.9 uur. Gezien de vertraging die security-teams vaak oplopen wanneer ze met een beveiligingsincident te maken krijgen, hebben de respondenten weinig vertrouwen in hun vermogen om de constante golf van cyberaanvallen de baas te blijven.
Fors meer ransomware aanvallen op Europese zorginstellingen
Europese zorginstellingen zijn vaker het slachtoffer van ransomware-aanvallen. Sinds begin dit jaar hebben er 25 aanvallen met gijzelsoftware plaatsgevonden, waarbij 66 locaties zijn geraakt. Dat zijn er fors meer vorig jaar. In ons land zijn tot nu toe vier zorgorganisaties getroffen door ransomware.